Tijdens onze cursus EHBO bij Baby’s en Kinderen leer je allerlei vaardigheden die je helpen om zelfverzekerd te kunnen handelen in geval van nood. Eén van deze vaardigheden is het leren communiceren tijdens een ongelukje in huis of op het moment dat er iets ernstigs gebeurt met een kind in jouw buurt. Wat heeft een kindje dan nodig om zich op zijn of haar gemak te voelen? Hoe kan jij ervoor zorgen dat je adequaat handelt, maar ook het kindje meeneemt in jouw handelingen? Lees er alles over in dit artikel.
5 belangrijke communicatievaardigheden die gaan helpen bij een ongelukje in huis
Tijdens een ongeluk of ongeval waarbij een baby of kind is betrokken, is het extra belangrijk om je ervan bewust te zijn dat een kindje zich snel onveilig of bang kan voelen. Wat kun jij als volwassene doen om ervoor te zorgen dat de situatie een zo min mogelijk nare ervaring wordt voor het kind? Deze vijf belangrijke skills gaan jou helpen om het kind zich zo veel mogelijk op zijn of haar gemak te laten voelen.
1. Wees je er van bewust dat een kind geschrokken is
Bij benadering van een baby of kind in een ongevalssituatie is het belangrijk om eerst af te tasten of het kindje erg geschrokken is of niet. Ren niet zomaar naar het kind toe zonder eerst toenadering te zoeken. Zorg ervoor dat je uitlegt wie jij bent als je een vreemde bent voor het kind en vraag daarnaast of jij hem of haar mag helpen. Zo zorg je ervoor dat een kind jou eerder als veilig ziet en daarnaast haal je hiermee wellicht al wat van de schrik weg.
2. Wees altijd eerlijk over wat er gaande is
Bij een ongevalssituatie waarbij een baby of kind betrokken is, is het belangrijk om geen beloftes te doen die niet waar zijn. Zeg bijvoorbeeld niet dat een been niet gebroken is als je hier zelf nog niet zeker van bent. Wat je bijvoorbeeld wel kan zeggen is dat er zo een dokter komt of dat papa en mama onderweg zijn. Zo schep je geen onjuiste verwachtingen en voorkom je dat wat je zegt als verwarrend wordt ervaren.
3. Vertel wat je doet en doe wat je zegt
Bij het adequaat handelen hoort ook het vertellen van wat je doet en het doen van wat je zegt. Als je een pleister plakt op het beentje van een kind, vertel hem of haar dan dat je dit gaat doen. Daarnaast is het belangrijk dat als jij iets aangeeft, zoals het kindje optillen, dat je dat dan ook daadwerkelijk doet. Zo blijft een kind volgen wat er gebeurt en zal hij of zij zich ook meer op zijn of haar gemak voelen.
4. Zorg eerst voor een veilige situatie, geef daarna pas een knuffel
Als er iets gebeurt met een kindje hebben we als volwassene snel de neiging om het kind gelijk een knuffel te geven. Hoe begrijpelijk dit ook is, zorg er eerst voor dat het veilig is. We raden je daarom aan om er eerst zeker van te zijn dat het kind nergens last meer van heeft, voordat je een knuffel geeft. Bij sommige symptomen duurt het namelijk wat langer voordat ze zichtbaar worden. Vraag ook altijd eerst even of het kindje een knuffel wil, zodat je alleen een knuffel geeft als het kind dit fijn vindt.
5. Geef het kind iets fysieks om vast te houden
Mocht er iets in de buurt zijn wat een kind fysiek kan vasthouden, geef het dan aan het kind. Dit kan bijvoorbeeld een knuffel zijn of een ander stuk speelgoed. Het kan het kind echt helpen om zich minder geschrokken te voelen. Daarnaast bouw je ook een vertrouwensband op met het kind als jij hem of haar iets geeft om vast te houden.
Al met al is het belangrijk om naar de ongevalssituatie te kijken met het kind in je achterhoofd. Verplaats je in het kindje voordat je handelt. Wat heeft hij of zij nodig? Zo zorgen we ervoor dat we niet alleen adequaat handelen, maar ook het veiligheidsgevoel van een kind waarborgen.
Een ongeluk zit in een klein hoekje. Boek nu jouw EHBO-cursus en leer zelfverzekerd handelen in geval van nood. Wist je dat 80% van de Nederlandse zorgverzekeraars een EHBO-cursus van Livis vergoeden? Check hier jouw voordeel.